Artikel 2 uit 5 in een reeks over het maken van je eigen testen
Dit is het tweede artikel in een reeks van vijf, om je te helpen eigen testen te maken met behulp van het TestGorilla-platform. De volledige reeks omvat:
- Ontwikkelen van een effectieve assessment
- Kiezen van verschillende soorten vragen voor je eigen testen
- Schrijven van situationele beoordelingsvragen
- Maken van je eigen test
- Maken van een programmeervraag of -test (optioneel)
De optie voor het toevoegen van eigen testen is beschikbaar voor accounteigenaren en Admins van de Pro-pakketten.
Wanneer je een eigen test maakt, raden we je aan eerst een schets te maken voordat je deze op het TestGorilla-platform plaatst. Dit helpt ervoor te zorgen dat alles goed georganiseerd en ingedeeld is zoals jij dat wil.
Leestijd ca. 5 minuten
In dit artikel
- Types vragen
- Meerkeuzevragen.
- Multiple-response vragen
- Waar/onwaar-vragen
- Korte tekstvragen
- Veel voorkomende vragen
- Volgende stappen
Types vragen
In dit artikel ligt de nadruk op de vier soorten vragen die beschikbaar zijn op ons platform.
Elke kandidaat krijgt een deel van de totale reeks met vragen. De vragen worden in willekeurige volgorde weergegeven. Daarom moeten alle vragen afzonderlijk te begrijpen zijn.
In je aangepaste test zijn vier vraagtypes beschikbaar. Aan deze vragen kan een automatische score toegekend worden omdat jij het correcte antwoord geeft. De vraagtypes zijn:
In de vraag zelf kun je:
- Opgemaakte tekst gebruiken, zoals vetgedrukt, schuin of onderstreept
- Opsommingstekens en nummering gebruiken
- Een afbeelding invoegen - zoals een diagram, grafiek of een plaatje
- Een LaTeX wiskundige formule invoegen
- Een videofragment van maximaal 30 seconden invoegen
- Een geluidsfragment van maximaal 30 seconden invoegen
| Tip: Ons artikel over de tekstverwerker helpt je met het toevoegen van opsommingstekens en media-opties bij vragen! |
Meerkeuzevragen
Bij een meerkeuzevraag moet een kandidaat één juist antwoord uit een lijst met mogelijkheden kiezen, meestal vier. Als ze goed zijn ontworpen, hebben meerkeuzevragen zeer goede psychometrische eigenschappen, wat betekent dat ze goede kandidaten duidelijk van slechte kunnen onderscheiden. Dit maakt ze het beste vraagtype voor testen in het algemeen. De meeste testen moeten bestaan uit meerkeuzevragen.
Presentatie van antwoorden
Voor elke vraag kun je tussen twee en tien antwoordopties geven. De antwoordopties worden standaard door elkaar gehusseld als ze aan de kandidaat gepresenteerd worden. Je kunt dit uitschakelen, als er een logische of vaste volgorde voor de verschillende opties is.
Als je antwoordopties bijvoorbeeld allemaal cijfers zijn, kun je de leesbaarheid verbeteren door deze van klein tot groot te ordenen. Of, als je dubbele antwoordensets hebt voor meerdere vragen, wil je ze misschien elke keer in dezelfde volgorde laten verschijnen, zodat kandidaten gemakkelijker hun antwoord kunnen selecteren.
Score van antwoorden
Als er slechts één correct antwoord op je vraag is, ken je dat antwoord 1 punt toe.
Hier volgt een eenvoudig voorbeeld van een meerkeuzevraag. Als "Brasília" geselecteerd wordt als antwoord, wordt 1 punt toegekend.
Voorbeeld
Wat is de hoofdstad van Brazilië?
 |
São Paulo |
|
Brasília |
|
|
Rio de Janeiro |
|
Salvador da Bahía |
Als er antwoordopties zijn die in zekere mate correct zijn, kun je 0-5 punten per antwoord toekennen. Dit is nuttig bij situationele beoordelingstesten, waarbij de antwoorden niet noodzakelijkerwijs volledig goed of fout zijn. In plaats daarvan kan het ene antwoord beter zijn dan het andere. Elk antwoord wordt door ons systeem genormaliseerd naar 0-1 punten, zodat alle vragen even zwaar wegen.
Als een gedeeltelijk juist antwoord 3 punten waard is in je vraag, krijgt het een score van 0,6 in de eindscore, aangezien 3 uit 5 punten gelijk is aan 60% van het totaal.
Multiple-response vragen
Multiple-response vragen of vragen met meerdere antwoorden bieden een creatieve benadering voor het testen van bepaalde vaardigheden. Het kan wel een uitdaging zijn om de juiste balans te vinden tussen juiste en onjuiste antwoorden - ook wel afleideropties genoemd - in je keuzelijst. Deze vragen zijn vaak minder betrouwbaar dan standaard meerkeuzevragen en moeten met mate worden gebruikt, hoewel we je wel willen aanmoedigen om er een paar op te nemen.
Presentatie van antwoorden
Voor antwoorden kun je tussen twee en tien opties hebben. Zorg ervoor dat je elke keer dat je dit vraagtype gebruikt, de verhouding tussen goede en foute antwoorden varieert, zodat geen twee vragen hetzelfde aantal goede en/of foute opties hebben.
Score van antwoorden
Elk antwoord wordt door ons systeem genormaliseerd naar 1 punt, zodat alle vragen even zwaar wegen.
Voorbeeld
Welke van deze antwoorden is een vrucht? Selecteer alles wat van toepassing is.
|
Aardappel |
|
|
Ui |
|
|
Avocado |
|
|
Wortel |
|
|
Peer |
|
|
Broccoli |
|
|
Asperge |
Als avocado en peer allebei geselecteerd worden, wordt 1 punt toegekend. Bij andere combinaties waarbij één van de juiste antwoorden, samen met één of meer onjuiste antwoorden gegeven zijn, wordt een score tussen 0 en 1 punten toegekend.
Waar/onwaar-vragen
Waar/onwaar-vragen zijn een speciaal soort meerkeuzevragen - ze zijn gericht op een snelle reactie van de kandidaat. Je kunt dit type gebruiken als je denkt dat sommige andere vragen langer duren en je de gemiddelde tijd voor beantwoorden wil verkorten.
Aangezien kandidaten echter 50% kans hebben om het juiste antwoord te raden, moet je dit vraagtype spaarzaam gebruiken.
Presentatie van antwoorden
De antwoordopties voor dit vraagtype zijn eenvoudig Waar of Onwaar — 1 punt wordt toegekend aan het goede antwoord en 0 punten aan het verkeerde.
Score van antwoorden
Voor elke vraag krijgt de kandidaat 1 of 0 punten, op basis van een juist of onjuist antwoord.
Voorbeeld
Waar of onwaar: de hoofdstad van Brazilië is São Paulo.
|
Waar |
|
Onwaar |
Korte tekstvragen
Dit vraagtype mag alleen worden gebruikt voor korte antwoorden uitgedrukt in specifieke woorden en alléén die woorden. Dit vraagtype werkt goed voor het testen van woordenschat en spelling in een taaltest, het controleren van terminologie - zoals de naam van een functie of methode bij programmeren - en vragen die slechts één specifiek antwoord hebben.
Presentatie van antwoorden
Voor antwoorden op dit soort vragen kun je maximaal 10 juiste antwoorden geven, die elk maximaal 300 tekens lang kunnen zijn. Om een punt te krijgen, moet de ingevoerde tekst van de kandidaat precies overeenkomen met één van de goede antwoorden. Het antwoord is echter niet hoofdlettergevoelig. Kandidaten kunnen alleen platte tekst invoeren.
Score van antwoorden
Voor elke vraag krijgt de kandidaat 1 of 0 punten, als de kandidaat een antwoord gaf dat volledig juist was vergeleken met vooraf ingevoerde antwoorden.
Voorbeeld
Wat is het grootste land ter wereld in oppervlakte?
_______________
In dit voorbeeld krijgen Rusland, Russische Federatie en De Russische Federatie allemaal 1 punt, omdat ze als acceptabel ingevoerd waren. De Federatie van Rusland was echter niet ingevoerd als acceptabel antwoord, en daarvoor krijgt de kandidaat 0 punten.
Dit betekent dat een antwoord met een schrijffout ook als fout aangemerkt zal worden. Als de kandidaat in het bovenstaande voorbeeld Rusische Federatie geantwoord had, zou het systeem het antwoord als onjuist beoordelen.
Het is handig om je kandidaten erop te wijzen dat ze moeten letten op schrijffouten.
Veel voorkomende vragen
Kan ik een programmeervraag toevoegen aan mijn test?
Je hebt de optie om een specifieke programeertest aan te maken of een programeervraag toe te voegen als aangepaste vraag in je assessment. Het is niet mogelijk om een programmeervraag toe te voegen aan een niet-programmeertest.
Kan ik voortbouwen op eerdere vragen?
Het algoritme dat we gebruiken om vragen te selecteren kiest een aantal vragen uit je totale verzameling testvragen en presenteert deze in een willekeurige volgorde. Daarom moeten alle vragen afzonderlijk te begrijpen zijn en mogen ze niet naar andere vragen verwijzen.
Volgende stappen
Zoals hierboven al gezegd werd, dit is het tweede artikel in een reeks van vijf, om je te helpen eigen testen te maken met behulp van het TestGorilla-platform.
De volledige reeks omvat:
- Ontwikkelen van een effectieve assessment
- Kiezen van verschillende soorten vragen
- Schrijven van situationele beoordelingsvragen
- Maken van je eigen test
- Maken van een programmeervraag of -test
We bevelen je aan het volgende, derde artikel te lezen: Schrijven van situationele beoordelingsvragen